terug

Wandelen door de Cevennes en de Causses: Mooier krijg je het zelden!

Jaren geleden maakten we een wandeltocht door de Cevennes, een bergketen in het Centraal Massief. Onderweg trokken we over de hoogvlakten van les Grands Causses en door de diepe ravijnen van de Tarn, de Dourbie en de Jonte. En dat allemaal in een bijna-rondwandeling van zes dag-etappes, met zo’n 15-20 kilometer per dag. Mooier krijg je het zelden!

Tekst & beeld: Hans Plas | www.oranginas.nl

de Cevennes

De GR6

We besluiten de wandeltocht te beginnen in La Canourgue. Dan loop je op de eerste dag via de GR6 kalmpjes aan naar St. Georges-de-Lévéjac. Om nogal onduidelijke redenen heeft La Canourgue de bijnaam Klein Venetië gekregen. Het mooie dorpje met haar fraaie huizen uit de 18e eeuw ligt weliswaar aan het riviertje de Urugne maar om nu van Venetië te spreken…

Maar niet zeuren op zo’n eerste dag. De GR-route is fraai: nog niet de “echte Causses”, maar wel een lieflijk agrarisch heuvellandschap. En halverwege de etappe loop je de gemeente Massegros Causses Gorges in. Dan ben je aanbeland in de titel van dit artikel! St. Georges de Lévéjac (250 inwoners) is niet bezaaid met gîtes of hotels, dus een reservering is aanbevolen. 1,5 kilometer verderop, richting Point Sublime, is een camping.

De Tarn

De volgend ochtend wandel je al snel naar het Point Sublime, mogelijk het mooiste uitzichtpunt van de Tarn. Op 875 meter overzie je zowel links als rechts kijkend de grandeur die is ontstaan na eeuwen van uitslijten van de kalkstenen valleitjes door het water. Achter een klein hekje kun je zowat loodrecht naar beneden kijken (als je dat wilt…). Maak niet te veel foto’s. Eenmaal thuis zul je immers snel constateren dat het menselijk oog oneindig veel beter is dan het technisch oog van je camera.

de Causses

Om ons volgende doel, Les Vignes, te bereiken kun je met een omweg bovenlangs lopen, met het nodige asfalt. Als alternatief kan je ook proberen het voetpad naar la-Chapelle-St. Hilaire te vinden, de gorge in. Eenmaal beneden, aan de oever van de Tarn, is het nog een uur naar Les Vignes. Mooi op tijd voor een heerlijke salade niçoise op het terras van Le Parisien. Waarna een fabelachtig mooi pad naar Le Rozier volgt langs de Tarn, van 12 kilometer. Ook hier wandel je weer via de GR6.

Na de nodige klimmen via ladders vanaf de Rocher de Capluc met de twee vaasvormige rotspartijen, moet je nog eens terug te kijken waar je zoal gelopen hebt. Je bent inmiddels in le Rozier aanbeland, in de uiterste zuidwesthoek van de Causse Méjean. Hier stroomt de Jonte in de Tarn en ontmoeten de twee gelijknamige gorges elkaar. Gieren zweven hoog in de lucht. De buizerd, wouw en sperwer zijn ook niet ver weg. Miraculeuse.

De Cevennes

De Jonte

De rivier stroomt hier door een indrukwekkende kloof, waarvan de grotten zeer geliefd zijn bij vale gieren. Maar ook de wandelaar kan hier verliefd worden op de overweldigende natuur met haar hoog oprijzende multicolor rotspartijen. Bij de start van deze etappe zie je le Vase de Chine, een zandstenen monoliet, gevormd door weer en wind. Toen de monoliet zijn als romantisch bedoelde omschrijving kreeg, hadden we blijkbaar andere gevoelens bij China dan tegenwoordig.


Op de hoogte blijven van het laatste wandelnieuws?

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en volg ons op Facebook, dan mis je niks!


In de dorpjes onderweg zul je nog diverse overblijfselen uit Middeleeuwse tijden tegenkomen, evenals getuigenissen uit de recentere historie. Bij La Planque, in de buurt van het dorpje Le Truel en met uitzicht op de Grotte Notre Dame kan je de rivier zonder je uit te kleden oversteken. ’t Kan even zoeken zijn. La Planque heeft overigens niets te maken met een eventuele aanwezige plank over de rivier maar met “het veilige huis”. Wat je ook niet kunt missen, overigens.

Causse Méjean

Vanaf hier verlaat je de rivier te verlaten en klim je naar het kalksteenplateau.
Een scènewisseling die haast niet extremer kan zijn! Vergezichten over een imponerend karst- landschap, droog, kaal, geel, woest, ruig; een steppe, weids en met rotsformaties die je fantasie prikkelen maar je ook voor de gek kunnen houden. Ik houd van dit landschap! Zoals je mij ook geen groter wandelplezier kunt doen dan met het landschap van de Bangor Trail in noordwest Ierland. Ici, vous êtes seul.

de Causses

Wij lopen noordwaarts verder naar La Viale en de volgende ochtend zuidwaarts naar Veyreau, aan de rand van de Causse Noir. Dat betekent dus de hele wandeldag – 16 à 18 kilometer – struinen door deze maanlandschappen. En nog één keer de Jonte oversteken. Dus even flink dalen en weer klimmen.

De Dourbie

In de voorlaatste etappeplaats La Roque Ste Marguerite zijn we aanbeland bij de Dourbie, de scheiding tussen de Causse Noire en de Causse du Larzac. Je ziet de gieren al van verre rondzweven. Met een klassieke kasteelruïne op de achtergrond. Ook dat nog.

De Dourbie stroomt bij Millau in de Tarn. De (beroemde?) brug zie je ook al van verre.
Advies: probeer met behulp van een goede wandelkaart een route naar Millau ten noorden van de Dourbie uit te stippelen. Bijvoorbeeld langs de chaos – la Cité de Pierres – de Montpellier-le-Vieux, omschreven als een rotsstad, via La vallée de la Vis. Hier zie je panorama’s zoals panorama’s bedoeld zijn.

Algemene routetips

  • De topografische wandelkaarten van ING zijn prima.
  • In het Parc National des Cévennes is wildkamperen – voor 1 nacht – onderworpen aan strikte regels.
  • Door de bank genomen zijn de routes goed bewegwijzerd, maar een goede kaart blijft onmisbaar.
  • Vertrouw bij de voorbereidingen niet blind op de teksten van de websites van bijvoorbeeld de gîtes. Zo zijn ze open, zo zijn ze dicht.
  • Neem voldoende water mee. Op de Causses zijn afstanden af te leggen zonder enige voorziening.
  • De beschreven route vergt o.a. een goede conditie en goede wandelschoenen.

Bekijk ook deze items