terug

Noordsche Veld (15 km) Zeijen Dr

Deze interessante en afwisselende voettocht van circa 15 km duurt ongeveer vier uur en voert u vanuit het Drentse Zeijen door een gevarieerd eschlandschap met oude veentjes, langs beekdalen en door fraai heide- en bosgebied. Bijzondere aandacht verdienen het archeologisch monument ‘Het Noordsche Veld’, het oude theehuisje aan de Donderseweg en het eeuwenoude stukje strubbenbos de ‘Zeijerstrubben’.

Het Noordsche Veld: De heide, de grazende Schotse Hooglanders en geiten en het weidse uitzicht vragen om een bezoek, aldus Staats Bosbeheer.

 

Na een regenperiode kan het hier en daar modderig zijn. Draag stevige waterdichte schoenen. Voor een eventuele rustpauze komt u meerdere keren een bankje of picknickset tegen. Iets over de helft ligt Koffie en theehuis De Bosrand. Het start-/eindpunt is per OV bereikbaar en uw hond mag mee op pad.

 

start- en eindpuntCafé Zalencentrum Hingstman

Hoofdstraat 18 (noordkant brink)

9491 AE Zeijen (Drenthe)

N53° 03.019′ E6° 32.704′

OV: bus vanaf NS-station Assen, lijn 83 Assen – Roden

Parkeer uw auto bij de grote brink in het dorp

 

tips voor onderweg

Noordsche Veld (15 km) Zeijen Dr

– Negeer zijpaden, tenzij anders vermeld

– Draag stevige waterwerende (wandel)schoenen

– Onderweg komt u 1 horeca tegen (open: zie lunchtip  routebeschrijving punt 7)

– Neem voldoende proviand en uw verrekijker mee

– Honden zijn alleen op de heide niet welkom, hier is echter – voor omleiding gezorgd

– Respecteer natuur en landschap

– Geniet en haast u niet

 

 

Routebeschrijving

1  Vanuit café Hingstman gaat u rechtsaf en slaat meteen de eerste straat links in (Brinkstraat), wandelt u rechtdoor langs de grote brink en gaat pas op de T-splitsing rechtsaf.

Kenmerkend voor een esdorp is de brink. En worden esdorpen daarom ook wel brinkdorpen genoemd. De brink had meerdere functies. In de eerste plaats diende het om het vee tijdelijk bijeen te brengen. Daarnaast leverden gekapte eikenbomen waardevolle bouwmaterialen op. En was de brink de ontmoetingsplaats voor de dorpsbewoners.

 

2  Sla vervolgens, pal voor het bankje, het eerste onverharde pad aan uw linkerhand in (het door schippers van ooit veel belopen ‘Harbargspattie’).

Na houten poortje ligt links van het pad de ijsbaan van Zeijen. Oorspronkelijk was dit een veentje, wat nu zo goed als verdwenen is. Rechts kijkt u uit over de veel hoger gelegen markante Zuideresch. Door eeuwenlang uitrijden van stalmest (vaak vermengd met heideplaggen) over de schrale akkergronden ontstond een glooiend landschap.

Ga na het 2e houten poortje op einde pad rechtsaf en volg dit pad verder door een mooie houtsingel <i>(let even op het ‘mini-pingo-veentje aan uw rechterhand)</i>. Aan het einde van het pad houdt u rechts aan (zie ook rode pijl) en wandelt langs het ‘Gedempte deel Zeijerwiek’. Na circa 50 stappen gaat u linksaf tussen de leuningen door, slaat aan de overkant rechtsaf en bereikt al snel het bewaarde deel ‘Zeijerwiek’. Dit mooi beschut liggende restant van een voormalige scheepvaartverbinding met de Drentse Hoofdvaart volgt u hier verder langs de linkeroever.

Tot in de vijftiger jaren voeren hier nog schepen. Na jarenlange dichtgroei en verlanding werd de Zeijerwiek in 1984 hersteld op initiatief van enkele dorpelingen en wordt sindsdien vertroeteld door de ‘Werkgroep Zeijerwiek’. Direct aan het begin van de wiek is een pomp aangebracht die het water op peil houdt. Het water is bijzonder helder. Wanneer de zon gunstig staat ziet u de vissen zwemmen. En met een beetje geluk misschien zelfs een snoek. In de halverwege gelegen zwaaikom konden de schepen keren of elkaar passeren.

Ook het even verderop aan uw linkerhand gelegen Veldakkersveentje is door de werkgroep Zeijerwiek zoveel mogelijk in oorspronkelijke staat teruggebracht. Hierdoor groeit er weer wollegras, veenpluis en veenmos. Tevens vinden watervogels als watersnip, meerkoet en eend hier nu een rustige broedplaats. Ook langs de oever geplaatste borden geven enige informatie over dit gebied.

 

3  Het pad verder volgend ziet u aan uw rechterhand een bruggetje. Steek dit over, ga rechtsaf en vervolg uw tocht langs de Zeijerwiek in omgekeerde richting. Het is overigens zeker de moeite waard om vanaf het bruggetje even van het uitzicht te genieten.

Sla ter hoogte van de zwaaikom direct na het bankje en de houten hekken linksaf het zandpad in. Aan het einde van dit pad gaat u rechtsaf de asfaltweg op. Steek schuin over en neem het paadje wat links van de weg door de houtsingel slingert, let op de stronken. Rechts ziet u opnieuw de Zuideresch van Zeijen.

 

4  Volg het pad langs het natuurgebied. Ga aan het einde links en volg de zandweg langs het Haverkampsveen.

 

Veentjes dateren vanaf het einde van de laatste ijstijd en zijn op verschillende manieren ontstaan. De veentjes die u rondom Zeijen aantreft zijn van oorsprong of  pingo – ruïnes of stuifkuilen.

Een ‘pingo – ruïne’ is een overblijfsel van de laatste ijstijd en is te herkennen aan de aarden ringwal die is ontstaan tijdens de ontdooiing van een stuwende ondergrondse ijskern. Bij de dooi-inval gleed de bovengrond naar de randen en vormde een aarden wal.

‘Stuifkuilen’ zijn overblijfselen uit de prehistorie en ontstonden door het tot op grondwaterniveau verstuiven van zand op braakliggende bodems. Toen later het grondwater steeg, kwamen de laagten vol water te staan. Net als de pingo – ruïnes verlanden en verveenden ook de stuifkuilen.

In Zeijen wonen nu nog mensen die veen hebben gewonnen uit het Haverkampsveen. Het ging hier echter niet om turf maar om de veel zwaardere en vettere baggel. Het ‘baggelen’ was omslachtiger en vele malen zwaarder dan turfsteken. Maar het product was veel beter geschikt als brandstof.

Na het veentje bewandelt u het pad verder en negeert zijpaden. Als het pad een haakse bocht naar links maakt, koerst u rechtdoor en volgt het rechter schouwpad langs de waterlossing. Bij het bosje passeert u het houten hek en volgt u het bospaadje tot de zandweg. Sla linksaf en volg het zandpad dat u naar het Bollenveen brengt. (Rechts heeft u een panoramisch uitzicht over de Noorderesch wat ook regelmatig door enkele reeën wordt bezocht). Sla net voor het veen, bij het stel houten hekken aan uw rechterhand, rechtsaf en loop om het veentje heen.

Het Bolveen heeft een mysterieuze uitstraling en gaat men er vanuit dat het veentje vanaf de Romeinse tijd tot het begin van de vroege middeleeuwen een plaats was waar offers aan de goden werden gebracht. Nooit is bewezen dat hier ooit twee veenlijken werden gevonden. Wel werden bij archeologisch onderzoek andere geofferde voorwerpen gevonden. Zoals aardewerk, stukken bewerkt hout en heel veel botten van onder andere (huis)dieren.

Aan de noordwest zijde van het Bollenveen staat een replica van een oude Tjasker. Ook hier werd turf gewonnen. Met behulp van de kleine molen werd het water uit een deel van het veen gemalen. Zodat er vervolgens gebaggeld kon worden.

 

5  Sla bij de picknickbank rechtsaf en volg het smalle graspaadje door de akkers tot op de bosrand. Ga verder over het korte bospaadje rechtdoor, steek het uit twee bielzen bestaande voetbruggetje over en sla op de zandweg rechtsaf.

Door de ruige hooilanden in het beekdal links van u stroomt het beekje de ‘Broekenloop’. Een van de bovenlopen van het Peizerdiep (hierover straks meer). De lage beekdalen werden eeuwenlang door de Drentse boeren gebruikt als weidegebied en hooiland. De hoger liggende eschen, zoals achter de houtsingel rechts van u, gebruikt men nog steeds voor de akkerbouw.

Verder maakt u op dit pad een grote kans een buizerd tegen te komen. Laagvliegend onder de bomen, zittend op een paaltje of misschien wel biddend boven de hooilanden.

Blijf dit brede pad steeds volgen, steek de brede asfaltweg over (let op het verkeer) en blijf het pad tot op de hekken volgen. Sla niet af, ook al gaat het laatste stukje over in een graspad met enkel een paar diepe sporen.

U staat nu voor de omheining van een groot heidegebied (het ‘Noordsche Veld’). Bijgestaan door een kudde geiten, zorgen Schotse Hooglanders hier voor natuurbehoud. Met een beetje geluk, zijn de fors gehoornde werkers in de buurt. Anders komt u ze later elders nog wel tegen.

 

6  Passeer de houten hekken + bankje, wandel dit fraaie pad helemaal uit en passeer op einde pad de houten slagboom.

[[Let op! Wie liever een avontuurlijk ommetje maakt (= plus 500m), neemt al op ‘200m na die houten hekken + bankje’ het paadje scherp linksaf, volgt het door het hooiland naar de beek, slaat hier rechtsaf en volgt verder het soms flink natte schouwpad op de rechteroever van dit ooit rechtgetrokken ‘Oostervoortsediep’ tot op de zandweg. En gaat verder met punt

7.Blijf onderweg goed om u heen kijken. Links heeft u een fraai uitzicht over het stroomdal van Broekenloop en Oostervoortsche Diep. Vooral indrukwekkend zijn de houtwallen aan de overkant, die als lange uitlopers vanaf de bosrand in de hooi- of madelanden liggen.

Het Oostervoortsche Diep mondt vele kilometers verderop uit in het riviertje het Lieverse- of Peizerdiep. En uiteindelijk zal al het water via het Groninger Aduarderdiep, Reitdiep en Lauwersmeer worden afgevoerd naar de Waddenzee.

 

7  Sla op de zandweg rechtsaf en blijf dit brede pad even volgen.

Na de vrijwel haakse bocht naar links kijkt u rechts weer uit op het Noordsche veld en links over de in het stroomdal liggende Peestermaden. In de bocht, ter hoogte van de steen aan de rechterkant van de weg, kruist u het voormalig ‘Poepenpad’. Duitse seizoensarbeiders maakten tussen 1600 en 1850 gebruik van deze route die dwars over het Noordsche Veld liep. ‘Poepen’ werden ze genoemd. In een tijdsbestek van acht tot veertien dagen liepen ze op klompen van Duitsland naar Friesland. Om o.a. gras te maaien bij de boer. Onderweg aten ze geen verse puntjes van de warme bakker. In hun knapzak droegen ze spek, worsten, roggebrood en hardgekookte eieren met zich mee.

Bij de driesprong (met paddestoel 22467/001) koerst u rechtdoor het brede (soms modderige) pad in.

Voor een desgewenste pauze op een bankje en een vrij uitzicht over het Noordsche Veld, buigt u nog even ca 100 meter met het fietspad mee naar rechts. Keer daarna weer terug naar dit punt.

Door de bomen heeft u links nog steeds uitzicht op het stroomdal Oostervoortsche Diep. Het bosgebied rechts was ooit ook onderdeel van het heidegebied het Noordsche Veld.

Blijf dit pad volgen en sla pas bij het derde zijpad (met houten slagboom en bordje ‘eigen weg’) rechtsaf. Volg dit bospad tot aan de kruising met een brede keienweg met fietspad. Hier slaat u linksaf.

Even later passeert u aan uw rechterhand een militair gebouwenterrein.

Steek aan het einde van de bosweg de Donderseweg over (let op het verkeer).

Lunchtip: het is een aanrader om even een bezoekje te brengen aan Koffie- en theehuis ‘De Bosrand’. Om dit te bereiken loopt u circa 100 meter naar links. En keert daarna terug naar dit punt.

Het oude theehuisje met idyllisch bostuinterras ligt aan het fietspad. Naast koffie en thee bieden ze ook een bescheiden warm hapje of alleen een kop soep.

Openingstijden

– Zaterdag en zondag van 10.00 tot 17.00 uur en tijdens de schoolvakanties dinsdag t/m zondag.

 

8  Op het fietspad langs de weg slaat u rechtsaf en blijft dit voorlopig volgen.

Na circa 600 meter ziet u aan uw rechterhand een houtsingel. Wandel deze voorbij tot aan een volgende (smalle) houtsingel, eveneens aan uw rechterhand. (tegenover het ‘Langaarveentje’.)

Steek hier, even voor het roodwitte gevarenhekje, de weg over (let op het verkeer), loop rechtdoor en volg het struinpaadje door de singel. Wandel het paadje uit en koers rechtdoor het bredere pad op.

Ga ook na het heideveldje aan uw linkerhand rechtdoor en volg verder de brede zandweg met fietspad langs de bosrand; totdat het smalle fietspad met een haakse bocht in het bos verdwijnt.

Ook u slaat hier rechtsaf en volgt verder het fietspad het bos in (Geld niet voor honden!!).

Let op! Hondenbezitters lopen rechtdoor, wandelen dit rechte zandpad (verderop asfalt langs hunebed D5) helemaal uit en gaan verder met routepunt 11.

Ga op alle kruisingen rechtdoor.

 

9  Aan het einde van dit fietspad slaat u linksaf en volgt de half verharde bosweg met fietspad.

Op de Y-splitsing (paddestoel 21638) buigt u met het fietspad mee naar rechts.

Meteen aan uw linkerhand ziet u een informatiebord en meerdere picknicktafels staan. Sla direct na de picknicksets linksaf, en betreedt via het klaphek en wildrooster het natuurreservaat het ‘Noordsche Veld’. (U kunt het fietspaadje volgen, maar ook kiezen voor het bredere graspad.)

Dit heidegebied, gelegen op een dekzandrug tussen twee beekdalen, wordt niet onterecht ook wel ‘archeologisch monument’ genoemd. Als u goed oplet zult u hier niet alleen grafheuvels zien, maar ook subtielere sporen ontdekken van bewoning in de prehistorie. Naast de vele tientallen bewaard gebleven grafheuvels en een hunebed, bevinden zich op het veld ook een urnenveld, sporen van drie oude nederzettingen en restanten van prehistorische akkers. Deze ‘Celtic Fields’ zijn rechthoekige veldjes, omgeven door walletjes van circa 50 cm hoog.

 

10  Aan het zuideinde van het veld aangekomen, verlaat u het reservaat links afslaand via het wildrooster en klaphek. En volgt verder het fietspaadje door de brede houtsingel.

Op de T-splitsing slaat u rechtsaf en blijft het rechtdoor gaande fietspaadje volgen. Ook waar dit ter hoogte van het ‘Witteveentje’ (links van u) overgaat in een asfaltweggetje.

Na circa 400 meter passeert u het links van de weg gelegen hunebed D5.

 

11  Aan het eind van het weggetje aangekomen slaat u linksaf en volgt even de berm langs de brede asfaltweg (Peesterweg). Let op het verkeer!

Na circa 200 meter (net voor het riant stenen zomerhuisje met rieten kap) steekt u de weg over en gaat rechtdoor het onverharde bospad in.

Na circa 75 meter (bordje Staats Bosbeheer) neemt u het smalle bospaadje rechtsaf, houdt u bij de Y-splitsing (voor de brede hulstboom) rechts aan, slaat op de kruising van bospaadjes linksaf en blijft u vervolgens geruime tijd dit kronkelende (soms half okerwoekerde) paadje door de wildernis volgen.

U wandelt nu door het eeuwenoude strubbenbos de ‘Zeijerstrubben’. Doordat een ondoordringbare leemlaag dicht onder de oppervlakte ligt, groeien de eikenbomen hier erg slecht. En zijn ze daarom zo klein en grillig van vorm. Wat de Zeijerstrubben verder zo bijzonder maakt is de rijke bosvegetatie en bodemflora. Zo groeit bijvoorbeeld ergens in deze strubben de Zweedse ‘Kornoelje’. De enige groeiplaats in Nederland. In 1954 werden de Zeijerstrubben dan ook tot natuurmonument verklaard.

Aan het eind van het pad verlaat u het bos door een stel houten hekken en slaat op de zandweg rechtsaf.

Terug in het dorp Zeijen loopt u nog even langs enkele van de vele fraaie, voor het merendeel gerestaureerde, Saksische boerderijen die het dorpje rijk is.

 

12  Op de verharde weg aangekomen slaat u linksaf en neemt vervolgens de eerste straat rechts. Sla daarna op de T-splitsing opnieuw linksaf en loop rechtdoor tot u terug bent bij de ‘brink’. Het start- en eindpunt van deze route.

 

 

Wij hopen dat u heeft genoten van deze voettocht en ontvangen natuurlijk graag uw reactie…

Deze tocht werd met zorg samengesteld. Mocht u toch onduidelijkheden in route of routebeschrijving ontdekken, dan wordt melding hiervan erg op prijs gesteld. Dit geldt natuurlijk ook voor onverhoopte wijzigingen in het landschap. Uiteraard loopt u een zo’n beschreven wandelwégroute op eigen risico.

Noordsche Veld, november 2003. Auteur: Dave Bekkema.

Laatst gecontroleerd en herzien in november 2017.