terug

De bergen van Samos-stad

Het is een flinke klim, maar dan heb je ook wat! Het uitzicht vanaf de bergrug die Samos-stad (of Vathy, zoals de stad ook wordt genoemd) scheidt van het noordoostelijke schiereiland biedt een fantastisch uitzicht. Over de oranje-rode daken van de stad aan de baai en over het vrijwel onbewoonde uitsteeksel dat als een groene vinger uitstrekt in de zee. Een mooi contrast tussen ‘druk’ (althans naar de op Samos geldende maatstaven) en ‘leeg’. Wandelen op hoog niveau!

Tekst en foto’s Paul van Bodengraven

De bergen van Samos-stad. Foto Paul van Bodengraven
De bergen van Samos-stad. Foto Paul van Bodengraven

De stad uit

Het is vandaag heiig, eigenlijk de eerste dag in de 10 dagen dat we hier nu zijn waarop de zon zich probeert te verschuilen achter de wolken. Misschien niet eens zo heel naar, want we hebben een aardige klim van zo’n 350 hoogtemeters voor ons. Daar kun jij de brandende zon best bij missen. We starten onze route aan de kade van de haven, bij het gebouwtje waar de ferry dagelijks aanlegt. De terrassen van de taverna’s zien er aanlokkelijk uit en we genieten eerst van een kop koffie en wat zoets om zo goed gevoed aan de wandeling te beginnen. Die gaat al snel heuvelopwaarts door de smalle straatjes. Aan de stadsrand lopen we langs een militair complex de berghelling op. Zo af en toe kijken we om en genieten van het zicht over de oranje-rode daken. Samos-stad op zijn mooist!

Uitzicht over de stad. Foto Paul van Bodengraven
Uitzicht over de stad. Foto Paul van Bodengraven

Blauw

Vergeleken met andere toppen is deze berg met zijn 345 meter maar een kleintje. Het hoogste punt van Samos is de Vigla, een top in het Kerkisgebergte van maar liefst 1.437 meter hoog. Maar dat wil niet zeggen dat je het niet warm krijgt tijdens de klim. Via een lange, smalle landweg wandelen we omhoog en ontwaren daar een paar mega-grote zendmasten. Tsja, ook hier zijn zulke installaties nodig om mensen te voorzien van goede verbindingen en dataverkeer. Het uitzicht waarvan we mogen genieten als we eenmaal boven zijn is er niet minder om. De blauwe zee omringt het schiereiland, dat op het oog niet bewoond lijkt. En in de verte ontwaren we de Turkse kust die niet al te ver weg ligt. Dat maakt Samos ook een aantrekkelijke route voor vluchtelingen die daar vandaan met bootjes de oversteek wagen naar EU.

Het schiereiland met in de verte de Turkse kust. Foto Paul van Bodengraven
Het schiereiland met in de verte de Turkse kust. Foto Paul van Bodengraven

Omhoog gewaaid?

Behalve een landweg die langs de masten voert is er op de bergrug niet veel te doen. Er staan nauwelijks bomen, de begroeiing bestaat uit lage struiken die de helling groen kleuren. Op minder zomerse dagen zal de wind hier aardig blazen en de lage bosjes lijken daar goed tegen bestand. Voor bloemen zijn de omstandigheden minder optimaal, zo lijkt het. Toch dwarrelt er vrolijk een grote witte vlinder met ons mee als we richting de zendmasten lopen. En als ze even verderop even neerstrijkt op de struiken ontvouwt zich een mooie Koninginnepage voor ons. Kennelijk is er toch eten te vinden voor haar. Of is ze met de wind mee omhoog gewaaid?

Geen bloemen, toch vlinders. Foto Paul van Bodengraven
Geen bloemen, toch vlinders. Foto Paul van Bodengraven

Hogere machten

Wie wel eens in Griekenland heeft gewandeld weet dat je op de meest onwaarschijnlijke plaatsen kapelletjes tegenkomt. Ook hier staat er boven op de berg eentje, vernoemd naar de Profeet Elia. De plek is in dit geval wat minder onwaarschijnlijk; de profeet speelt een belangrijke rol in het christelijk-orthodoxe geloof. Hij wordt aangeroepen bij onweer en brandgevaar. Hij is patroonheilige van de orde van Karmelieten die zich hebben vernoemd naar de berg (!) Karmel, waar Elia een godsoordeel vroeg. De kapel staat er ongetwijfeld heel wat langer dan de zendmasten, maar oogt evengoed fris en veel gebruikt. Het is wonderlijk om te zien hoe het geloof ook op deze plaats levend blijft.

De 'onvermijdelijke' kapel. Foto Paul van Bodengraven
De ‘onvermijdelijke’ kapel. Foto Paul van Bodengraven

Stinkerd

Ondanks dat de zon niet uitbundig schijnt vandaag, is het toch aardig zweten om naar boven te klimmen. Maar eventuele lichaamsgeurtjes vallen geheel in het niet bij de walm die we waarnemen als we de afdaling naar het dorpje Kamara maken. Als we langs een paar donkerrode drakentonglelies lopen, ruikt het toch echt heel vies. Deze bijzondere bloemen verspreiden een geur die zich het beste laat omschrijven als “rottend vlees”. Doel van die geur is om vliegen te lokken die dan weer voor bestuiving zorgen. Een iets andere aanpak dan bijen lokken. Die vliegen waarschijnlijk met een groot boog om deze geurbommen heen. Desondanks zien ze er prachtig uit. In Kamara pauzeren we bij de lokale taverna (open!) voordat we 1,5 km een stille asfaltweg volgen die ons terug brengt naar de rand van de stad. Via een prachtig geplaveid pad komen we weer in het oude centrum van Samos-stad en genieten van de Griekse sferen en (aangename!) etensluchten die aan het eind van de middag uit de keukens komt. Zo te ruiken is er een goede reden om in de stad te blijven plakken tot het avondmaal!

De drakentonglelie lokt vliegen. Foto Paul van Bodengraven
De drakentonglelie lokt vliegen. Foto Paul van Bodengraven

Praktisch

Dit is wandeling vijf uit Wandelen op Samos, een gids met 15 rondwandelingen op dit Griekse eiland. Kijk op www.wandelenopsamos.nl voor meer informatie. Daar vind je ook de routebeschrijving van een andere route uit deze gids.

Deze blog is eerder verschenen op www.oppadmet.nl

Andere blogs over Samos:


Bekijk ook deze items